Bomen

Ingevolge de verordening van de Gouverneur-Generaal van 17 oktober 1916 dienden alle populieren en canadapopulieren ten laatste op 9 november 1916 te worden opgegeven bij de Kommandatur. Stammen van 1,60 meter omvang en meer werden als aangeslagen beschouwd en konden enkel verkocht of vervoerd worden met de expliciete toestemming van de Kreischef te Maaseik.

Eveneens dienden de eigenaars van een wagen die gebruikt kon worden voor het transport van bomen, deze aan te geven.

Ook voor alle notenbomen dienden later het aantal, de ouderdom en de stamgrootte te worden opgegeven. Zo verhaalt wijlen Maria Vilrokx-Vercammen in een schriftje uit het familie-archief: ‘De Duitsers eisen alles op: graan, melk, boter en ook de notenbomen om er geweerkolven van te maken. Er stonden in Lommel voorheen echte pronkstukken van notenbomen, vooral rond de boerderijen. Op de Grote Hoef stonden er vier heel dikke en aan de overkant van de Hoeverdijk, achter het huis van de kinderen Vereyken, nog eens twee prachtige exemplaren.’

Bomen die in beslag werden genomen moesten door de eigenaars op bevel van de Kommandatur geveld en bewerkt worden. Wie het bevel niet opvolgde werd beboet met 600 Mark of gestraft met 6 weken gevangenis.

zagerij emsens
Houthandel, elektrische zagerij en schaverij, opgericht omstreeks 1908 door Stanislas Emsens te Lommel-Stevensvennen

Jan Jacob Gerits en Peter Jan Gerits

Jan Jacob Gerits (van de Schoester), geboren op oudejaarsdag 1894, was afkomstig van Lommel-Kattenbos.
Hij was soldaat milicien bij de 2de Legerdivisie, 3de Regiment Etappen, 1ste Bataljon, 1ste Compagnie.

Over Jan Jacob Gerits wordt verteld dat toen kompaan Frans Van Broekhoven werd gekwetst op de voorpost, hij door Gerits dadelijk ter verzorging naar de achterlinie werd gebracht. Gerits liep hiervoor een straf op omdat hij de voorpost ‘te vroeg’ had verlaten …

Naamgenoot Peter Jan Gerits was afkomstig van het gehucht de Kolonie. Hij werd geboren op 3 januari 1894.
Als soldaat milicien behoorde hij tot het 5de Linieregiment, 1ste Bataljon, 1ste Compagnie.
Voor zijn verdiensten tijdens de Eerste Wereldoorlog ontving hij een vuurkruis en 7 frontstrepen.

Na zijn verlof in Parijs kwam Peter Jan Gerits niet tijdig terug. Hij bleef uiteindelijk 4 maanden en 7 dagen weg van het front. Om deze reden kreeg Gerits slechts 7 in plaats van 8 frontstrepen toegewezen.

jan gerits
Jan Gerits (Kattenbos) – 5de van rechts en Jan Gerits (Kolonie) – 4de van rechts